9.7. Toetsvragen#

Vraag 9.1 - Onderdelen van het lokale netwerk

../_images/mac-lan-lettered.png

Fig. 9.25 Thuisnetwerk op hardwarelaag (MAC)#

Benoem de “geletterde” onderdelen in de bovenstaande figuur, door de betreffende letter naar de bijbehorende term te slepen

D

G

B

F

A

C

E

thuisrouter (“residential gateway”)

WiFI basisstation

desktop computer

switch

tablet

Ethernet-verbinding

glasvezel-verbinding (WAN fiber)

Vraag 9.2 - Elementen in het netwerk

Plaats de onderstaande begrippen in de bijpassende categorie

netwerkprinter

webserver (“in the cloud”)

glasvezelkabel

Ethernetkabel

thuisrouter (“residential gateway”)

IoT-schakelaar

IoT-lamp

WiFi basisstation

desktop-computer

internet-router

eindapparaat

fysieke verbinding (medium)

netwerkapparaat

Vraag 9.3 - Vraag 3

Je thuisrouter (“residential gateway”) heeft Ethernet-aansluitingen met de labels “WAN” en “LAN”.

Plaats de Ethernetnet-kabels van de onderstaande apparaten bij het juiste label.

desktop-computer

glasvezelmodem

Ethernet switch

kabelmodem

netwerkprinter

Hue basisstation (IoT)

WiFi basisstation

USB netvoeding

WAN

LAN

Vraag 9.4 - Netwerkadres op apparaat-label

Op het label van een apparaat vind je een netwerkadres van dit apparaat. Welk soort adres staat op dat label?

Vraag 9.5 - MAC-adres en IP-adres

Je wilt een web-verbinding (HTTP) maken met de webserver van een lokaal apparaat. Op het apparaat staat het MAC-adres van dit apparaat.

Vraag 9.6 - Thuisrouter-aansluitingen

Je thuisrouter (“residential gateway”) heeft maar een beperkt aantal Ethernet-aansluitingen. Je wilt meer apparaten met een bedrade verbinding in het lokale netwerk kunnen aansluiten. Hoe los je dit op?

Vraag 9.7 - WiFi-versleuteling

Wat is de functie van de versleuteling van een WiFi netwerk?

Vraag 9.8 - Data-versleuteling

Is het verkeer tussen de apparaten in het lokale netwerk versleuteld?

Vraag 9.9 - Thuisrouter IP-adressen

Hoeveel IP-adressen heeft een thuisrouter (residential gateway)?

  • IP-adres gekoppeld aan het netwerk waarin de computer (cq. de netwerk-interface) verbonden is.

    • dus, thuis anders dan op school

    • en, veranderlijk

    • toegewezen door netwerkbeheerder/DHCP

  • MAC-adres onveranderlijk; toegewezen door fabrikant.

    • geldt ook voor bijv. USB, en andere lokale netwerken. - waar er geen sprake is van routering, of maar zeer beperkt.

Welke figuur hoort bij een firewall die het (uitgaande) verkeer naar bepaalde websites blokkeert?

  • Ethernet (fysiek) niveau

  • IP niveau

  • TCP niveau

  • HTTP niveau

(Wat is “deep packet inspection”? En welke gevolgen heeft dit voor de privacy?)

Vraag 9.10 - thuisrouter-WAN aansluiting naar ISP

Voor het aansluiten van de Ethernet-WAN aansluiting van een “kale” thuisrouter op de glasvezelverbinding van de internet service provider (ISP) gebruik je een:

Vraag 9.11

PC-1 en PC-2 maken gebruik van dezelfde Ethernet-verbinding in het lokale netwerk. Op het moment dat PC-1 een groot bestand ophaalt vanuit het (snelle) internet, probeert PC-2 een bestand naar de lokale netwerkschijf (NAS) te sturen. Wat gebeurt er?

Vraag 9.12 - Soorten netwerken

Een WiFi-netwerk met een enkel basisstation vormt een -netwerk. Het internet vormt een -netwerk.

Vraag 9.13 - Netwerkapparaten

Een apparaat dat het signaal aanpast aan een medium, bijvoorbeeld een glasvezelkabel, heet een .

Vraag 9.14 - Ontvangen pakketten

De afzender A stuurt 3 pakketten naar de bestemming B. B heeft pakketten 1 en 3 ontvangen. Wat is er aan de hand?

9.7.1. DNS#

Vraag 9.15 - Domeinnaam

Gegeven zijn de URLs: http:192.168.1.1, ftp:ieni.org, https:www.ieni.org, https:wikipedia.nl

Plaats de onderdelen bij het overeenkomstige begrip:

http

wikipedia

nl

https

192.168.1.1

www

ieni

org

ftp

protocol

subdomein

domein

top-level domein

ip-adres

Vraag 9.16 - Onderdelen van een domeinnaam (hostnaam)

Gegeven is de hostnaam www.ieni.org. Hier vormt ieni de eigenlijk domein; org het domein en www het domein.