5.5. HTTP in de protocolstack#

../_images/HTTP-IP-stack.png

Fig. 5.4 Webserver protocolstack#

De protocolstack voor de webserver-keten bevat de volgende elementen, vanaf de toepassing gezien:

  • web-app

  • web: hypertext transfer protocol (HTTP): HTML-documenten enz.

  • internet: transmission control protocol (TCP): betrouwbare bi-direectionele bytestromen

  • internet-protocol (IP): best-effort pakketcommunicatie; universeel datatransport, onafhankelijk van hardware en toepassingen

  • fysieke (hardware) verbinding: WiFi of Ethernet

De basisprotocollen van het internet, TCP en IP, vormen een logische laag die de toepassingen scheidt van de hardware (zie 3-lagen model).

Het HTTP-protocol vind je alleen in de eindapparaten, niet in het netwerk zelf. Dit is een voorbeeld van het end-to-end principe van het internet. Dit betekent bijvoorbeeld dat wanneer er een nieuwe versie is van het HTTP-protocol, er geen aanpassingen in het netwerk zelf nodig zijn.

Bovendien kan het verkeer tussen de client en de server “end-to-end” versleuteld worden: alleen in de client en in de server is de data niet-versleuteld toegankelijk. Voor deze versleuteling (in het geval van HTTPS) heb je een apart protocol nodig: TLS, tussen TCP en HTTPS.