3.15.2. Eerste flow¶
Met deze eerste flow kun je zien of alles werkt:
 
NodeRed: eerste flow¶
Hiervoor gebruik je de volgende nodes:
| figuur | naam | soort node | 
| 
 | inject-node | input | 
| 
 | debug-node | output | 
Opdracht A
Voer de onderstaande opdrachten uit in een lege (flow)tab in NodeRed.
- sleep een inject-node vanuit de lijst met nodes links naar het lege vlak in het midden 
- plaats op dezelfde manier een debug-node; 
- verbind de output (rechts) van de inject-node met de input (links) van de debug-node; 
- activeer deze flow (rechts boven: Deploy); 
- selecteer de debug-tab (rechts); 
- test deze flow, door op het knopje links op de input-node (“timestamp”) te klikken. 
Als het goed is, krijg je in het debug-venster rechts nu de output van deze flow te zien. Elke keer als je op de input-node klikt, genereert deze een timestamp-event.
Opdracht B
Voer onderstaande opdrachten uit; controleer steeds per onderdeel de uitwerking (stappen a, b, c, d).
- verander de configuratie van de inject-node: zorg ervoor dat deze elke 10 seconden een timestamp oplevert. - double-click op een knoop geeft het configuratie-venster; 
- bewaar de nieuwe configuratie via de “Done”-knop; 
- “Deploy” en 
- controleer het resultaat via de debug-tab. 
 
- verander de configuratie van de inject-node: zorg ervoor dat deze als payload een tekst levert. 
- verbind meerdere inject-knopen met herhalende berichten met dezelfde debug-knoop. 

